naar Gerry's homepage |
Lopen is een hobby. En dus gaat werk altijd voor, of je het nu leuk vindt of niet. En zelden werd dat mij duidelijker dan de afgelopen twee maanden. Ik had een grote klus onderhanden met een strakke deadline, en dat betekende veel uren achter mijn bureau.
Ach, troostte ik mijzelf, dat is helemaal niet erg. Van gedwongen rust word je niet minder, integendeel. Het schijnt juist wel goed voor je te zijn, dan kunnen alle spieren, botten en pezen zich herschikken en bijkomen van alle inspanningen.
Dat klinkt heel aardig en heel plausibel. Maar niets is minder waar, zo bleek al snel. Want ik was nog geen week minder aan het lopen, of ik kreeg last van mijn enkel. Geen idee hoe het kwam, maar tijdens een duurloopje met versnellingen zwikte ik met mijn rechtervoet en liep de dagen erna behoorlijk mank. Gek genoeg ging het hardlopen, mits in een rustig tempo, wel goed. Dat had mij natuurlijk al aan het denken moeten zetten.
Toen mijn enkel zich na een tijdje rustig hield, begon een bilspier op te spelen. Ik hoefde tijdens de baantraining maar een beetje aan te zetten of hij protesteerde hevig. Er restte mij weinig anders dan het tempo ook op de baan aan te passen.
Het was duidelijk. Rust is niet goed voor mij. Rust roest. Rust zorgt voor kwaaltjes, pijntjes en ergernis. En dus is het ook niet goed voor mijn werk. Want als ik mank loop, een pijnlijke bilspier heb en bovendien hoofdpijn van het binnenzitten, betekent dat weinig goeds voor mijn humeur. En dat kan niet goed zijn voor de kwaliteit van het werk.
En dus ga ik het anders doen. Ik blijf hard werken, want de klus is nog niet af. Maar ik maak het lopen er een onderdeel van. Twee uur rijden, een kwartier rust, adviseerde de ANWB vroeger. Drie uur schrijven, een half uur lopen, maak ik daarvan.
Voor mij staat rust blijkbaar gelijk aan lopen. Tjonge, had ik dat maar eerder bedacht. Dan had ik geen last gehad van mijn enkel, van mijn bilspier en van mijn hoofd. En bovendien: dan was de klus vast al klaar geweest.