naar Gerry's homepage

Terug naar index <=> Verder naar volgende

De knop óm

Een week voor de marathon heb ik de neiging mijn schoenen in de kast te gooien. Het duurloopje van krap anderhalf uur ging zó beroerd. Ik kwam niet vooruit, mijn benen hadden er geen zin in en de negentig minuten leken een eeuwigheid… Wat moet dat worden volgende week! Ik geloof er niet meer in. Thuis wordt moedig op mij ingepraat. Al die trainingen van de afgelopen maanden kunnen toch niet voor niets zijn geweest?

Op de ochtend van de marathon overvalt me een enorme berusting. Ik heb ervoor getraind, ik heb maandenlang mijn leven aangepast aan het schema, ik heb gedaan wat ik moest doen. Gaat het niet vandaag dan ligt het niet aan mij. Ik heb mijn best gedaan.

Als het startschot klinkt voel ik mij vreemd opgewonden. Dit is het, hier gaat het om, nu moet het gebeuren. Ik had verwacht dat die gedachte mij zou blokkeren, dat ik van nervositeit zou gaan struikelen. Het tegendeel is waar, ik voel me helder en geconcentreerd. Ik denk aan alle wijze raad die ik de afgelopen tijd heb gehoord: start niet te snel, drink genoeg, houd je tempo vlak…

Bij iedere vijf kilometer wordt bevestigd wat ik voel: ik loop een constant tempo, ik lig op schema, het gaat goed! De wereld naast het parcours is een andere wereld geworden, ik hoor daar niet bij, ik hoor bij de lopers. Voor mij geldt niet de tijd op de torenklok, voor mij geldt de tijd van mijn stopwatch. Mijn benen worden moe maar ik voel het nauwelijks, de spieren doen pijn maar ik laat de signalen niet toe. Ik moet door, pas na 42 kilometer en precies 195 meter mag ik stoppen.

Dan doemt ineens de finish op. Ik passeer de streep en druk mijn klokje in. De benen stoppen, ik sta van het ene moment op het andere stil, een rare gewaarwording. 'Goed gedaan!' hoor ik iemand roepen maar mijn eindtijd is voor mij nog niets anders dan een paar cijfers op een rij.

Even later zit ik omhuld door plastic op de stoeprand. Ik ben leeg, op, doodmoe. Alles doet pijn en ik moet er niet aan denken op te moeten staan. Mijn eindtijd blijkt veel sneller te zijn dan ik had durven dromen en verbaasd denk ik terug aan de afgelopen uren. Ik heb bij de start een knop omgezet waarvan ik niet wist dat hij bestond.


This page is linked to the home page of Gerry Visser