naar Gerry's homepage |
Laatst liep ik een rustig duurloopje met een groepje lopers. Een van hen kwam naast me lopen. Hij mopperde een beetje. Beter gezegd: hij wist niet zo goed hoe hij verder moest. Het was druk op zijn werk, de kinderen vroegen aandacht en zijn vrouw vond dat hij te weinig thuis was. Want in zijn weinige vrije tijd ging hij liever een stukje lopen dan dat hij met haar op de bank zat. Hij wist het even niet meer. Hij had een leuke baan, een leuke vrouw, leuke kinderen en een leuke hobby, maar op het moment was het niet meer zo leuk allemaal. Hij zat hopeloos in de knel, zo voelde het.
Stoppen met lopen leek hem de enige oplossing. Het lopen was immers ‘maar’ een hobby. En hobby’s doe je in je vrije tijd. Die hij niet had.
Ik snapte zijn probleem. Maar stoppen met lopen leek mij niet de manier. Sterker nog, het leek mij het slechtste wat hij kon doen. Niet alleen omdat hij daarmee ontkende wie hij was, maar ook vanwege de grote kans dat hij er lui en dik van werd. En dan was hij niet langer een vader/man/collega met weinig tijd, maar eentje met weinig energie en een pesthumeur.
Makkelijker gezegd dan gedaan, dat begreep ik ook wel. Wat heb je er aan wanneer je topfit bent maar geen baan meer hebt en geen vrouw en geen kinderen? Dan verandert een gezonde passie in een ongezonde obsessie en dat is natuurlijk ook niet de bedoeling.
Ik dacht even na. En zei toen: “Je bent een loper. Dat is duidelijk. En juist wanneer je het steeds drukker krijgt, is dat een groot voordeel. Want als loper heb je meer karakter, energie, conditie en doorzettingsvermogen dan een ander. Je kunt afzien, je kunt plannen, je kunt presteren en je kunt genieten. Precies wat je nodig hebt in een druk bestaan. En door die positieve, gezonde en actieve manier van leven ben je een prima rolmodel voor de kinderen. En een leukere partner voor jouw vrouw, dat weet ik zeker!”
Hij klaarde wat op. En vroeg of ik dat echt meende. “Ja natuurlijk!”, zei ik. “Gezond leven en goed leven horen bij elkaar, dat weet ik zeker. Dus blijf vooral fit en zorg voor genoeg energie, dan komt je gezin niets tekort. En pas maar op, straks ben je zo’n goed voorbeeld dat je vrouw ook gaat lopen!” Hij moest even lachen en liep verder. Het leek wel alsof hij wat lichter liep. Ik hoopte het van harte.